ik slaap nu al zo lang alleen dat de grenzen zijn vervaagd. wat jouw deel was, is nu de ook mijne. normaal had ik niet meer nodig, omdat ik dacht alles al te hebben.
nu strekt het bed niet ver genoeg. lijkt het dekbed te kort, komen mijn gedachtes onder de randen uit, de kussens steunen niet meer op de goede plek, het dons te warm en de dekens te koud.
nu lijk ik mijn draai niet te kunnen vinden, voelen mijn ogen niet zwaar, de zwaartekracht te zacht, het licht onder de deur te fel, lijkt de onrust geen rust te vinden
en dan verlang ik weer om te delen. zodat als de nacht weer komt, ik met haar mee kan.